
50
Bij de instelling <
Q
> zal doorgaans automatisch de optimale witbalans worden
ingesteld. Als u met de instelling <
Q
> geen natuurlijke kleuren krijgt, kunt u de
witbalans handmatig instellen op de lichtomstandigheden van dat moment. Bij de
Basisgebruik-modi wordt automatisch de instelling <
Q
> gebruikt.
1
Druk op de knop <E>. (9)
2
Selecteer de witbalansinstelling.
¡ Terwijl u naar het LCD-paneel kijkt,
draait u aan het instelwiel <5>.
* Stel de optimale witbalans in voor de verlichting van dat moment. (p.51)
De drie primaire kleuren, RGB (rood, groen en blauw), komen in verschillende proporties
voor in een lichtbron, afhankelijk van de kleurtemperatuur. Wanneer de kleurtemperatuur
hoog is, is er meer blauw. En wanneer de kleurtemperatuur laag is, is er meer rood. Het
menselijk oog ziet elk wit object altijd als wit, ongeacht het soort licht. Met een digitale
camera kunt u de kleurtemperatuur met behulp van software compenseren om de
kleuren in de opname natuurlijker te laten lijken. De witte kleur van het onderwerp vormt
de basis voor de aanpassing van de andere kleuren. Bij de instelling <
Q
> van de
camera wordt de CMOS-sensor gebruikt om de witbalans automatisch in te stellen.
B
De witbalans instellenN
Display Modus Kleurtemperatuur (K, ongeveer)
Q Autom. 3000 - 7000
W Daglicht 5200
E Schaduw 7000
R
Bewolkt, schemer, zonsondergang
6000
Y Gloeilamp 3200
U TL 4000
I Flits 6000
O Aangepast* 2000 - 10000
P Kleurtemperatuur 2800 - 10000
De witbalans
H41.book Page 50 Tuesday, August 17, 2004 2:03 PM
Kommentare zu diesen Handbüchern